Actueel uit Stad & Ambt


Plaatsing  
 
10-07-2008  

Toelichting op brief aan college en raad van Almelo d.d. 5 juli 2008.


De heren van N.A.T die al diverse kwesties in onze stad bespreekbaar maakten
 

TOELICHTING OP BRIEF AAN COLLEGE EN RAAD VAN ALMELO D.D. 5 JULI 2008.

Almelo, 8 juli 2008.

Geachte leden van het college en de gemeenteraad,

Uit enkele reacties die wij ontvingen naar aanleiding van de aan u gerichte brief d.d. 5 juli j.l. blijkt dat er mogelijke misverstanden zijn ontstaan over de intentie en aanleiding van deze brief. Uit de toelichting hierna moge blijken wat de werkelijke aanleiding was. Wij hechten eraan onze werkelijke intenties over het voetlicht te krijgen en daarmee een zuivere discussie te bewerkstelligen.

1. De brief van de Stichting NAT aan het college en de gemeenteraad, d.d. 5 juli j.l. (zie bijlage), is niet geschreven naar aanleiding van de in alle toonaarden te veroordelen gijzeling, maar naar aanleiding van de reactie van burgermeester Knip op het artikel van Han Pape in De Roskam. Die reactie is zo fel, dat het lijkt alsof er een open zenuw is geraakt. Het wil ons voorkomen dat de reactie geen recht doet aan het artikel van Pape.
2. Voor alle duidelijkheid: de gijzelingsactie dient ten scherpste veroordeeld te worden. Er is voor zo’n actie geen enkele rechtvaardigingsgrond te bedenken. Zo’n actie legt, om met de woorden van de burgermeester te spreken, de bijl aan de wortel van de rechtsstaat. Het gebruik van geweld in een democratische rechtsstaat met het doel je zin te krijgen, kan op geen enkele manier worden goedgepraat.
3. Geldt hetgeen voor de gewelddadige actie geldt, namelijk dat het de bijl aan de wortel van de rechtsstaat legt, nu ook (de burgermeester zegt het) voor het artikel van Pape ? Ons inziens volstrekt niet. Pape begint zijn artikel met een schets van een aantal ontwikkelingen in de maatschappij waarmee hij heel erg ongelukkig is: toenemend geweld als je je zin niet onmiddellijk krijgt, juridisering (met als uitwas een groei van de claimcultuur), afschuiven van elke vorm van eigen verantwoordelijkheid. Kortom: Pape geeft aan zeer betrokken te zijn bij de ontwikkelingen in de maatschappij. Hij maakt duidelijk zich over die ontwikkelingen grote zorgen te maken. Zijn artikel kan dan ook slechts vanuit die bezorgdheid worden verklaard. Dat feit had in veel sterkere mate dan nu het geval lijkt, aan de reactie van de burgemeester ten grondslag moeten liggen.
4. Daarbij geeft Pape ondubbelzinnig aan dat de gijzelnemer zich voor de strafrechter zal hebben te verantwoorden en dat het weigeren van een vergunning nooit of te nimmer kan dienen als “goedpraten” van zijn actie.
5. Aan de andere kant spreekt Pape zijn zorgen uit over “het bureaucratisch mechanisme” dat een vervreemding tussen overheid en burger veroorzaakt. Een vervreemding die aan de ene kant leidt tot apathie (“ze doen maar”) maar aan de andere kant soms ook tot veel ergere vormen van ongewenst en onacceptabel gedrag. Daarbij signaleert Pape een aantal opmerkelijke zaken in het vergunningendossier. Het wil ons voorkomen dat als hij daarbij onjuistheden debiteert, die onjuistheden op een eenvoudige manier moeten kunnen worden aangetoond.
6. Wat daarvan zij: alles overziende is het stuk naar de mening van NAT veel genuanceerder dan uit de reactie van de burgemeester blijkt. Het stuk biedt daarbij de mogelijkheid tot reflectie op het eigen gedrag. Niet slechts het gedrag van burgers, maar ook dat van onze bestuurders. Die kans wordt niet aangegrepen. NAT heeft met zijn brief willen bereiken dat met het stuk van Pape op een andere manier wordt omgegaan dan nu het geval lijkt. Die andere manier kan bewerken dat de door Pape gesignaleerde kloof tussen bestuur en burger kleiner wordt.
7. Het stuk biedt de mogelijkheid eens te onderzoeken of en zo ja waarom burgers het gevoel hebben dat ze mogelijk wel worden gehoord, maar dat er inhoudelijk niet naar ze wordt geluisterd. Het stuk geeft aanleiding eens te onderzoeken hoe het staat met de transparantie van de diverse besluitvormingsprocessen. Ze lijken soms ondoorgrondelijk. Reden om te onderzoeken of ze dat ook werkelijk zijn. En zo ja, hoe die transparantie (op alle niveaus: college, raad en ambtelijk apparaat) verbeterd kan worden.
8. Dat er in het stuk van Pape wellicht (dat kunnen we niet goed beoordelen) dingen staan die niet of niet helemaal kloppen moet geen reden zijn af te zien van de door Pape gevraagde introspectie.


9. Voor die introspectie is naar de mening van NAT aanleiding. Ook ons bekruipt menigmaal het gevoel dat, als de opvattingen van de burgers niet corresponderen met de plannen van de gemeente, die opvattingen terzijde worden geschoven. Zie de voorbeelden in de brief van NAT.
10. En dat is een slechte zaak. Omdat dat mensen vervreemdt van het bestuur. Het maakt ze moedeloos. En dat is, het is reeds opgemerkt, een slechte zaak. Mensen haken af of ze “gooien de kont tegen de krib”. Dat is daarom zo slecht omdat een samenleving alleen dan duurzaam kan functioneren, als de leden van een gemeenschap zich bij die samenleving betrokken voelen. En daar ligt een belangrijke, zij het soms buitengewoon moeilijke taak voor de bestuurder. Hij moet de ambitie hebben ervoor te zorgen dat zijn beslissingen gedragen worden. Dat vergt een voortdurende reflectie op het eigen gedrag. Het wil ons voorkomen dat de brief van Pape tot die reflectie uitnodigt en dat de reactie van de burgemeester in dat opzicht eerder contraproductief dan productief is. De felheid van de reactie draagt het gevaar in zich dat mensen ontmoedigd worden hun opvattingen naar buiten te brengen. Dat is een slechte zaak. Ook in gevallen dat die mening niet voor 100 % met deugdelijk feiten zou zijn onderbouwd. Het ontneemt de bestuurder ook de mogelijkheid onjuiste veronderstellingen te corrigeren.
11. Wil je voorkomen dat mensen (ook in hun politieke voorkeuren) op den duur uitwijken naar de uiterste flanken van het politieke bestel (waarmee de samenleving redelijk onbestuurbaar wordt, dat heeft het verleden wel aangetoond), dan moet je ervoor zorgen dat ze het gevoel hebben dat er rekening wordt gehouden met hun ideeën en gevoelens. Als het vreemdelingen- c.q. integratiedebat ons iets geleerd heeft, dan is het toch dat wel.
12. Het wil NAT voorkomen dat het stuk van Pape wellicht op een enigszins uitdagende manier daartoe uitnodigt. Het is de waarde van die uitnodiging die NAT in zijn brief wil onderstrepen.


Met vriendelijke groet,




Jan Hooftman, voorzitter Wim Ardesch, secretaris

Archief
Terug naar vorige pagina